Jaap Jansen | Bnr

Opinie | Een rode kaart, soms moet het

Informações:

Sinopsis

In de jaren ’80 en ’90 had je lange tijd maar één extreemrechts Kamerlid: drs Hans Janmaat. Tweede-Kamervoorzitter Wim Deetman slaagde er meestal goed in, te voorkomen dat een vergadering uit de hand liep. Zodra Janmaat naar de microfoon beende, pakte Deetman de voorzittershamer, klaar om – als het echt moest - af te hameren. Het effect was meestal dat hij zich gedeisd hield. Als Janmaat het spreekgestoelte betrad, was Deetman extra alert, want de voorzitter was vaak het enige andere nog aanwezige Kamerlid. De overige leden hadden uit protest de zaal verlaten. Janmaat deed racistische uitspraken of beledigde collega’s. Alleen de voorzitter kon hem nog van repliek dienen. Geert Wilders is niet bang voor de hamer. Het kan hem niets schelen wat de voorzitter doet, zolang zijn strapatsen maar doorkomen bij het publiek. Bovendien kent hij als langstzittend Kamerlid het reglement van orde uit het hoofd. Hij weet precies hoe ver hij te ver kan gaan. Bovendien weet hij dat Kamervoorzitters doorgaans zéér terughoud